De academie in de praktijk, Karen Maas, Impact Centre Erasmus
Karen Maas is programmadirecteur van het Impact Centre Erasmus (ICE). Haar dagelijks werk is het meten van impact op het gebied van duurzaamheid. We bouwen binnen de universiteit een hele valorisatieketen op. Valorisatie is het proces dat kennis en kunde omzet naar maatschappelijke en commerciele toepassingen, het wordt ook wel vermarkten van je kennis genoemd. Er is een grote noodzaak om academische kennis naar de praktijk te brengen. Onze keten bestaat uit academisch onderzoek dat we vertalen naar lesstof voor de studenten dat vervolgens ook overgebracht wordt aan de praktijk. Wij hebben te maken met harde valorisatie, dat zijn de betaalde projecten en met maatschappelijke valorisatie de projecten met een maatschappelijk belang. Het gaat mij om het toepassen van de kennis. We helpen de praktijk om gebruik te maken van de academische inzichten.
TEKST: Jorissa Neutelings - 18/02/2016
Door middel van impact meten en impact denken probeer ik de strategische discussie aan te wakkeren. Het is niet de vraag of het budget wel goed besteed is, maar of de juiste zaken zijn aangepakt om ergens te komen. Deze vraag wordt bijna nooit gesteld. Neem bijvoorbeeld MVO binnen bedrijven. Wanneer er budget voor dit thema beschikbaar wordt gesteld, wordt dit vaak gezien als een soort vrij geld. Er wordt direct bekeken waar dat geld voor gebruikt kan worden in plaats van dat er gedegen wordt bekeken welk probleem er opgelost moet worden of welk thema verder uitgediept dient te worden. Dit is iets wat ik niet begrijp. Wanneer je écht de wereld wil verbeteren, dan zal je moeten kijken wat je kunt doen en hoe je gaat veranderen om dit hoofddoel te bereiken. Helaas zijn er nog niet veel mooie voorbeelden van hoe je daar verandering in bereikt. We zullen de economische factor meer in het maatschappelijk doel moeten zien te krijgen. Ook zie ik vaak dat MVO gebruikt wordt als marketing instrument. Als je er al voor kiest om dat te doen, vraag je dan in ieder geval af of dit wel het beste instrument is om je imago op te poetsen. Dat is impact denken en dat is helaas meer uitzondering dan regel.
We zullen de economische factor meer in het maatschappelijk doel moeten zien te krijgen
Ik ben op deze plek terecht gekomen doordat ik aan de Erasmus Universiteit economie heb gestudeerd. Aan mijn studietijd heb ik weinig lol beleefd totdat ik in aanraking kwam met milieu-economie. Ik startte met de studie economie. Dit vakgebied behelst sec het optimaliseren van middelen om het nut te vergroten waarbij de aandacht met name ligt op de financiële vraagstukken en dat vond ik niet zo uitdagend. In de milieu-economie heb je te maken met twee zaken die je wilt optimaliseren, namelijk milieu en financiën en dan wordt het moeilijk. Je moet dan gaan kijken hoe je een goede keuze kunt maken, want de keuze is onvermijdelijk. Wat moet je daarvoor meten en hoe verwoord je dat zodat de onderliggende argumentatie duidelijk is, dat is continu mijn uitdaging. In 1995 ben ik afgestudeerd en ik was heel erg blij dat ik hier weg kon. Ik was klaar voor de praktijk waar ik zon 12 jaar als consultant gewerkt heb.
In 2007 kwam ik terug aan de universiteit om mijn proefschrift te schrijven. Ik had zoveel vragen die ik beantwoord wilde zien en ik wilde zelf weer de tijd hebben om na te denken. Het programma Mature Talent startte en daar ben ik op ingestapt. Mature talent was een programma bedoeld om succesvolle vrouwen met minimaal 10 jaar werkervaring uit het bedrijfsleven terug te brengen in de academische wereld. Ik kreeg 2 jaar de tijd om te promoveren. Deze periode was voor mij overzichtelijk. Ik weet niet of ik was gaan promoveren als er 4 jaar voor stond. Het was een geweldige periode, want ik kreeg de tijd om na te denken en te schrijven. Uiteraard heeft de periode ook zijn moeilijke kanten. Zo heb ik aan het begin vaak gedacht: Ik kan dit niet. Ik moest het overzicht bewaken en alle opgedane kennis samenvoegen. Soms twijfelde ik wel eens en vroeg ik me af of ik er niet te dom voor was. Gelukkig heb ik aan deze onzekerheid geen gehoor gegeven.
Soms twijfelde ik wel eens en vroeg ik me af of ik er niet te dom voor was. Gelukkig heb ik aan deze onzekerheid geen gehoor gegeven
Mijn doel om terug te gaan naar de universiteit was niet alleen om een proefschrift te schrijven, maar ook om uiteindelijk hoogleraar te worden. Voor mijn gevoel kan ik vanuit deze positie meer bijdragen aan de praktijk dan dat ik dat als consultant zou kunnen doen. Nu word ik gevraagd om de kennis die ik heb en als consultant kom je kennis brengen. Je wordt dan anders gepercipieerd. Als consultant word je betaald voor de kennis die je brengt . Als hoogleraar kom je binnen en gelooft iedereen je ineens. Je krijgt echt de ruimte om je kennis over te dragen. Ik hoef ineens niets meer te doen voor mijn geloofwaardigheid omdat ik vanuit een andere rol binnenkom. De titel van hoogleraar wil ik graag verwerven, met de titel zwaaien helpt om directeuren die zichzelf erg groot voelen te overtuigen. Heb je te maken met zon type directeur dan moet je daar een even groot figuur (man of vrouw) tegenover zetten wil er geluisterd worden naar wat je te brengen hebt. Dat is vervelend, maar wel de realiteit. De titel hoogleraar gaat me helpen om meer voor elkaar te krijgen.
Mijn drive helpt mij om iedere dag de brug te slaan tussen academie en praktijk
Ik moet vooruit! Die brandende ambitie die heb ik gewoon. Dat is wat mij voortduwt. Het is ook heel vermoeiend om continu dat vuur aangewakkerd te voelen. Ik kan soms met bewondering kijken naar vriendinnen die bijvoorbeeld in een winkel werken. Zij trekken iedere dag de deur achter zich dicht, gaan naar huis en starten met veel plezier iedere dag weer aan dezelfde taak. Ik kan dat niet en zou het ook niet willen. Mijn drive helpt mij om iedere dag de brug te slaan tussen academie en praktijk. Je moet krachtig achter jouw kennis en meerwaarde staan. Als je me vraagt wie mijn rolmodellen zijn, dan zijn dat vaak vrouwen, bijvoorbeeld Jacqueline Cramer, Gail Whiteman en destijds Gemma Crijns. Deze vrouwen zijn niet perse heel vriendelijk of lieflijk, maar het zijn wel vrouwen die de kracht en kapsones hebben om te kunnen laveren tussen academie en praktijk.